‘Een goede bewindvoerder neemt je financiële stress weg’

Nelis: ‘Ik ben bewindvoerder geworden omdat ik mensen wil helpen. Ik regel de geldzaken voor mensen die dat tijdelijk zelf niet kunnen. Ik neem de financiële stress weg. Daardoor ontstaat er ruimte om tot rust komen. Vandaaruit kun je je leven weer oppakken.’

Nelis van Steenoven (31) werkt nu drie jaar als beschermingsbewindvoerder in Amsterdam. ‘Een moordgozer’, zegt Cora Faber in haar verhaal op Komuitjeschuld.nl over Nelis. ‘Niet dat we bij elkaar op de koffie komen, maar hij regelt alles voor me. Ik leef nu van 50 euro in de week. Daar hou je niks van over. Maar als ik iets extra’s nodig heb, dan bellen of appen we, en is er altijd wat te regelen.’

Nelis over Cora: ‘Cora is een modelcliënt. Afspraak is afspraak bij haar. Ze denkt mee en maakt geen nieuwe schulden. Of dat standaard is? Nee, dat is niet standaard.’   

Mensen helpen

Waarom werkt Nelis als bewindvoerder? ‘Ik wil mensen helpen, maatschappelijk nuttig zijn. Hiervoor werkte ik als accountmanager bij een commercieel bedrijf. Maar ik vond dat niet bevredigend genoeg. Ik heb Bedrijfskunde gestudeerd. Het grappige is dat die studie goed aansluit bij bewindvoering. Het is belangrijk dat je financieel en juridisch goed onderlegd bent.’

Portretfoto Nelis

Onder bewind

Wanneer kom je eigenlijk onder bewind te staan? Nelis: ‘Bewind moet je aanvragen bij de kantonrechter. Dat kun je zelf doen (zoals Cora). Maar in het algemeen gebeurt het op verzoek van een hulpverlener die al met de cliënt werkt.’

‘Vaak heeft een cliënt dan al tien of meer schuldeisers en is er geen overzicht meer van de financiële situatie. De bewindvoerder neemt dan alle financiële beslissingen en de cliënt krijgt leefgeld. Daarmee wordt de cliënt tegen zichzelf en tegen schuldeisers in bescherming genomen.’

‘Als bewindvoerder moet je tegen een stootje kunnen’

Een klik hebben

Nelis: ‘We kijken eerst of we een klik hebben met elkaar – je moet elkaar kunnen vertrouwen. Is die klik er niet, dan is het verstandig om een andere bewindvoerder te zoeken. Is die klik er wel, dan breng ik je schulden en vaste lasten in kaart. Ik benader schuldeisers en maak met hen afspraken over aflossing. We spreken een traject af dat moet zorgen dat je uiteindelijk schuldenvrij bent. Vaak in een periode van drie tot vijf jaar.’

Snel reageren

Om goed contact met elkaar te hebben, moet je als bewindvoerder goed bereikbaar zijn, vindt Nelis: ‘Heb je eens extra geld nodig, dan kun je me meestal bereiken via WhatsApp of door te bellen. Overigens moet ik best vaak ‘nee’ zeggen. Ik maak er veel werk van om mijn beslissing goed te onderbouwen. Waarom? Als ik een goede motivering geef, zorgt voor begrip. En dat begrip kan weer een stap zijn richting zelfredzaamheid.’

Zijn de problematische schulden opgelost, dan kan de cliënt de kantonrechter vragen het bewind op te heffen. Nelis: ‘Ik adviseer bijna altijd dat ik nog een half jaar blijf begeleiden. Om te kijken of het goed gaat. Als het bewind stopt, geef ik een document mee met handige, financiële tips. Als je je daaraan houdt, kun je uit de schulden blijven.’

Tegen een stootje

Schulden zijn vaak een gevolg van andere gebeurtenissen. Denk aan psychische of lichamelijke problemen, het verlies van een baan, een scheiding, zegt Nelis. ‘Als bewindvoerder moet je dat soort dingen weten en kunnen begrijpen. Je moet je kunnen inleven. Dan kun je ook beter omgaan met lastige momenten. Zoals wanneer een cliënt door het lint gaat omdat hij het niet eens is met een beslissing. Of je wordt gebeld door foute vrienden die zeggen dat je ‘van zijn geld moet afblijven’. Je moet tegen een stootje kunnen.’

‘Je moet altijd een tweede kans kunnen geven’

Tweede kans

Het gebeurt ook dat cliënten niet eerlijk zijn, zegt hij. ‘Ik word dan niet boos. Ik voel me niet persoonlijk bedrogen. Mijn boodschap is: ik probeer je te helpen – het gaat om jouw toekomst, niet de mijne. Ik vind: je moet altijd een tweede kans geven. Kun je dat niet, dan ben je niet de juiste persoon voor dit werk.’

Voldoening

Nelis: ‘Ik werk nu steeds meer als mentor. Als bewindvoerder doe je vooral de financiële kant; als mentor richt je je ook op de zorgkant. Ik help de cliënt dan om structuur te brengen in zijn dagelijkse leven. Ik zorg voor regels voor een goede dagbesteding. En ik overleg met de andere professionals die bij de cliënt betrokken zijn. Vaak is er sprake van medicatie – daar let ik dan ook op.’

‘De combinatie van bewindvoering en een mentorschap vind ik mooi. Iemand uit de schulden helpen, geeft voldoening. Als mentor ga je verder. Je bent meer bezig met hoe iemand is en hoe deze persoon zich verder kan ontwikkelen. Ik wil dit in de toekomst graag meer doen.’